Al jaren zat het ergens in mijn hoofd; ooit ga ik ervoor, minimaal een week in stilte doorbrengen. Gewoon, om te ervaren wat het doet. Begin dit jaar pakte ik de koe bij de horens. Niet meer ‘ooit’ Mirtel, ‘zoeken en doen’ kwam er in mijn hoofd voorbij. Het was de tijd ervoor. En zo reed ik eind september richting Castricum.
Bij het inluiden van de stilte kwam het programma aan bod. ’s Morgens van 08.00-10.00 uur yoga en meditatie. Tijdens de meditatie wordt het ontbijt gemaakt: een sapje van groenten en/of fruit. Om 12.00 uur weer meditatie waarna om 12.30 de lunch, dat is de hoofdmaaltijd van de dag. Om 14.00 voor wie wil een groepswandeling en om 16.00 voor wie wil een inspiratiesessie door Tijn. Rond 18.30 weer een lichte maaltijd en van 20.00-20.45 de laatste meditatiesessie.
Ik was blijven hangen bij de eerste twee zinnen. Na het opstaan en verzorgen eerst twee uur actie alvorens ontbijt en dan ook nog slechts een sapje? Ehh…, ik was ingesteld op een week stilte en geen koffie, vlees en alcohol maar wilde ik dit ook? Vele jaren geleden had ik gezworen nooit meer te lijnen of te ‘detoxen’. Jarenlang was ik obsessief met eten bezig geweest, calorieën tellen en veel sporten. Tot ik, tijdens mijn inzinking, door inactiviteit en ongecontroleerd ‘vreten’ van verdriet, 10 kilo bijkwam en erachter kwam hoe ik het leven op vele facetten had willen controleren, ook met eten.
Vanaf dat moment mocht ik alles eten van mijzelf, zolang ik luisterde naar waar mijn lijf om vroeg. Ongezond, gezond, ik hield me er niet meer mee bezig. Alles met mate was mijn uitgangspunt geworden. En sindsdien at ik tien keer per dag en viel ik toch de meeste kilo’s weer af tot een gezond gewicht waarop ik tot op heden stabiel ben. Maar belangrijker, eten (of dingen niet mogen eten) beheerste mijn leven niet meer. ‘Je hebt deze retraite uitgekozen, dus laat het op je afkomen. Ervaar wat het met je doet’, zei ik tegen mijzelf.
Het was vooral heerlijk om even helemaal niks te moeten en te hoeven. De stilte bracht geen nieuwe dingen: ik werd niet gek van mijn gedachten, er kwamen geen onbekende emoties omhoog, er was geen verwarring of chaos en ik voelde me ook niet eufoor. Veelal zat ik buiten of binnen op een bank of stoel waarbij een neutraal gevoel overheerste, met momenten heerlijk genietend van de zon en de stralende strakblauwe lucht, andere momenten wat kijkend naar de gedachten die voorbij vlogen. In contact met anderen voelde ik warmte waardoor er vanzelf een glimlach op mijn gezicht kwam.
Tegen de tijd dat het etenstijd was, was ik benieuwd wat er op tafel getoverd werd. Vooral als ik had meegeholpen met het snijden van groente waarvan het water al in mijn mond liep. De uiteindelijke maaltijd was soms overheerlijk maar vaker helemaal niet mijn ding. ‘Wat was er met die heerlijke groenten gebeurd?’ Gecombineerd met koriander, een graanproduct en één of ander vreemd sausje waren ze voor mij onherkenbaar. Want het was niet alleen een week geen koffie, alcohol en vlees. Er was niks van wat ik lekker vond; geen melkproducten, brood, pasta’s, tussendoortjes etc. Drie maaltijden, waarvan 1x een sapje en twee keer een onbekende maaltijd was het enige dat er was. Een hele omschakeling dus waardoor niet de stilte maar het eten de grootste beproeving werd.
Ik genoot steeds minder van het eten, vond het niet lekker en voelde dat mijn lijf bij het opstaan behoefte had aan iets om de motor op te starten. Op deze manier eten, deed me geen goed. ‘Dit is ongenoegen, laat het er zijn’, schoot er door me heen. Dat was zeker waar, het was een gevoel van ongenoegen. Daar kon ik zeker van leren. Ik liet het er ook zijn, het kwam en het ging. Maar ook de zin: “Kun je er iets aan veranderen, dan doe dat’, drong weer tot me door. Want ik wilde stilte ervaren, geen dieet. ‘Je zit niet in een gevangenis waar het niet anders gaat. Of zoals toen in Cuba, waar weinig variatie in eten was, dat kon je toen heel goed accepteren’.
En zo kwam het dat na vijf dagen ‘meegaand handelen’ het pas echt tot me doordrong. ‘Mirtel, ook hier heb je een keuze’. En dus piepte ik er even tussenuit met mijn auto. Op gevoel op zoek naar een winkel en jawel hoor, binnen 10 minuten stond ik voor een supermarkt. Het voelde als een hele belevenis, alsof ik een afvallige, een spelbreker was: ‘Jammer Mirtel, niet geschikt’. Toch genoot ik even later in mijn autootje intens van een lekker bakje aardbeienyoghurt. In mijn tas een bak studentenhaver voor bij het wakker worden en in de auto volgranen crackers voor als het sapje niet voldoende was.
Zo heeft niet de stilte maar het eetpatroon deze week mij toch behoorlijk wijzer gemaakt. Blijkbaar ben ik in eerste instantie geneigd om mee te gaan met de algemene regels die worden opgelegd. Ondanks dat ik voelde dat ik dit niet wilde en het me geen goed deed. Maar uiteindelijk koos ik gelukkig toch voor mijzelf.
Hartstikke geschikt Mirtel!
Durf jij keuzes te maken die tegen de norm ingaan maar goed zijn voor jezelf?
Ook als je daardoor kritiek krijgt of kunt krijgen van je omgeving?
Het vergt moed zulke keuzes te maken en kracht om bij commentaar van die keuzes niet aan jezelf te gaan twijfelen
dag Diana,
dank voor je reactie, inderdaad, zodra ik ga twijfelen, zegt dat iets over mijzelf, blijkbaar heb ik dan nog bevestiging nodig van anderen dat de stappen die ik zet voor de ander ook oké zijn, maar waarom zou je bevestiging nodig hebben en daarbovenop, nog niet eens het commentaar van anderen maar alleen al het ‘commentaar’ dat je jezelf geeft, kan soms voldoende zijn om af te haken, vaak zijn we strenger voor onszelf dan anderen ooit zullen zijn, heerlijk zijn de (vaak) momenten van besef dat het goed is zoals het is, dat ik goed ben waardoor ik ben en keuzes kan maken die goed zijn voor mijzelf 🙂